De vroegere investeringsenveloppes zijn afgeschaft en werden vervangen door een evolutie van de investeringsprojecten in de toelichting. De investeringsprojecten worden opgesteld volgens het schema T3. Er wordt minstens een investeringsproject opgemaakt voor de investeringen die deel uitmaken van een prioritair actieplan. De regelgeving koppelt geen enkele vorm van kredietbewaking aan de investeringsprojecten.
Een investeringsproject geeft de raadsleden een totaalbeeld van de geplande en gedane investeringsuitgaven en -ontvangsten voor een prioritair actieplan. Het is de bedoeling om per prioritair actieplan, een afzonderlijk investeringsproject op te maken. Zo blijven de raadsleden op de hoogte van de stand van zaken van de investeringen van het prioritair actieplan.
De periode van een investeringsproject is niet beperkt tot die van het meerjarenplan. Een project kan ook investeringen bevatten die werden gedaan of gepland buiten de periode van het meerjarenplan.
Voor de investeringen die niet kaderen in prioritaire actieplannen kiest het bestuur zelf volgens welke mate van detail het die vertaalt naar investeringsprojecten. De stad Lier heeft er voor gekozen om deze investeringen te bundelen in 1 investeringsproject, met name het IP Overig Beleid.
Schema T3: Investeringsproject: IP/01/SAP/01: IP Stationsomgeving (Actieplan: 01/01/SAP/01) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Reeds gerealiseerd | Nog te realiseren | Totaal | ||||
vóór MJP | in MJP | vóór MJP | in MJP | na MJP | ||
I. UITGAVEN | ||||||
A. Investeringen in financiële vaste activa | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
1. Extern verzelfstandigde agentschappen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
2. Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en soortgelijke entiteiten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
3. OCMW-verenigingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
4. Andere financiële vaste activa | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
B. Investeringen in materiële vaste activa | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
C. Investeringen in immateriële vaste activa | 0 | 17 212 | 0 | 153 301 | 0 | 170 513 |
D. Toegestane investeringssubsidies | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
II. ONTVANGSTEN | ||||||
A. Verkoop van financiële vaste activa | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
1. Extern verzelfstandigde agentschappen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
2. Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en soortgelijke entiteiten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
3. OCMW-verenigingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
4. Andere financiële vaste activa | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
B. Verkoop van materiële vaste activa | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
C. Verkoop van immateriële vaste activa | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
D. Investeringssubsidies en -schenkingen | 0 | 0 | 0 | 77 850 | 0 | 77 850 |